Oververhit Dalyan
Door: Maria Jonker
Blijf op de hoogte en volg Maria
04 Augustus 2011 | Turkije, Dalyan
Na ons gemeentehotel in Siran, zijn we richting Tokat gereden, een leuke stad even onder Amasya. Het was bijna een cultuurschok na het "authentieke en rustieke Turkije" vanaf Capadocië. Prachtige winkels, mondain bijna, een gezellig koffieterras op de binnenplaats van een kervanserai en wat een geweldige restaurant troffen we! Voor het eerst sinds lange tijd weer speciale soep en meze van het huis, heerlijke Tokat-kebap -een specialiteit van de stad, een geweldige tafelschikking en bediening. Dat beviel wel weer een keer! Tokat viel ook op door de kledij van de jonge vrouwen. We begonnen aardig gewend te raken aan zwaar ingepakt en gesluierd, zelfs veel in het zwart, maar in Tokat was ook dat wel eventjes anders. Hypermodern & schaars gekleed en behoudend & goed ingepakt zat samen drankjes en waterpijpen te nuttigen op de binnenplaats van de kervanserai. Het was vechten om een plekje, want het zat er steeds tjokkevol. We besloten een extra dag en nacht in Tokat en omgeving te blijven om het Ganzenmeer (Kaz Gölü ) en de binnenstad beter te bekijken. Kaz Gölü had leuk kunnen zijn met zijn twee super-de-luxe uitgevoerde vogelkijktorens, maar we waren gewapend met statieven en camera's met grote lenzen en dat mocht niet volgens de opzichter. Bernard presenteerde nog zijn pasje van Nederlandse natuurfotografen, maar dat maakte de zaak eerder erger dan beter. "Men" was kennelijk bang dat professionele fotografen een slaatje willen slaan uit dit (volgens ons volkomen onbekende) vogelparadijsje ... We mochten wel op de eerste toren, maar de opzichter bleef bij ons om te voorkomen dat we stout zouden worden. Jammer want het was die dag heet, maar op de torens hadden we het best een tijdje uit kunnen houden. Ik zeg nu wel torens (meervoud), maar de tweede kreeg hij niet van het slot. We hebben er dus maar eentje van binnen gezien. Dan maar terug richting Tokat, waar Ria en Bernard al meteen aangaven dat bekijken van bezienswaardigheden er voor hen niet zo in zat. Co en ik hebben het nog geprobeerd, maar het ook heel snel weer opgegeven en het terras weer opgezocht, waar Ria en Bernard ons lachend verwelkomden. De volgende dag reden we naar Hattusa, de vroegere hoofdstad van het Hittietenrijk. Co en ik waren er in 2005 ook al eens geweest tijdens onze Oost-Turkijereis met Koning Aap. Nu zouden we er wat meer tijd voor nemen, want we wilden ook in Hattusa twee nachten vertoeven. Sinds 2005 was er veel veranderd. Er is een " prachtig" kasteel gebouwd, zoals de Hittieten dat mogelijk ook ooit gedaan zouden kunnen hebben. Dat hebben we dus niet bekeken ... Het eenrichtingsparcours dat langs de hoogtepunten van de oude Hittietenstad voerde was echter mooi aangelegd en -gelukkig- met de auto te berijden. De hitte, de geaccidenteerde terreingesteldheid en de uitgestrektheid zouden anders zeker roet in het eten gegooid hebben. Indrukwekkend en mooi!
Vanaf Hattusa was het even puzzelen hoe we terug zouden rijden. We wilden graag een fatsoenlijke weg, na een paar eerdere (minder leuke) verrassingen onderweg maar toch ook wat leuks zien tijdens de terugreis. Dat zat niet zo mee. Na een stop aan Tuz Gölü (Zoutmeer), reden we door tot Kulu, waar we een grotendeels drooggevallen meertje ontdekten met honderden flamingo's. Een onverwachte tractatie! We besloten de volgende dag nog een keertje terug te gaan voor we naar een ander meertje zouden rijden dat volgens onze gids niet zo ver uit de buurt lag. Kulu Gölü was de tweede dag bij mooi licht een stuk spectaculairder dan de eerste en we zagen er behalve flamingo's ook kluten en steltkluten. Toen op weg naar het 2e meer ... Ik opperde al vrij snel dat we volgens mij op een andere weg zaten dan de bedoelde, maar ja .. Ik ben "maar" een vrouw, dachten Co en Bernard waarschijnlijk na al te veel ingepakte Turkse dames. Ze luisterden dus niet en reden een heel eind voordat bleek dat ik toch gelijk had. Maar ... een eindje verder was er nog een andere mogelijkheid (!) We hebben geen van beide meertjes bereikt, maar hebben dankzij de vergissingen van de heren onbedoeld wel wat grappige vogelgebiedjes gevonden. En Bernard was ook helemaal blij met een nieuwe Oriëntaals ogende zandloopkever. Gelukkig was er ditmaal geen oplettende burger in de buurt die de jandarma informeerde over deze verdacht rondsluipende manskerel met hoed, zoals al een keer eerder was voorgekomen.
Na een omweg van een paar tiental kliometers, zaten we uieindelijk op de weg naar Aksehir. Het zat die dag niet mee, waar het meertjes op de kaart betrof die vlak bij de weg moesten liggen. We hebben er heel veel niet gezien en/of niet kunnen bereiken. Bovendien was de hitte 's middags niet te hebben.
We waren blij toen we eindelijk in Aksehir aankwamen. De volgende dag wilden we Aksehir en Eber Gölü bekijken. Ook daar wekte de kaarten en onze natuurreisgids verwachtingen die niet bewaarheid werden. Het weggetje dat tussen de twee meren door moest lopen hebben we niet gevonden. Toch was de ochtend zeer geslaagd. Toen we op een punt belandden waar we niet verder de bushbush in wilden rijden en besloten kort even te stoppen bij een dorpje met rietlanden, werden we gespot door een argwanend kijkende dorpsvrouw. Toen ik haar vriendelijk groette en een praatje aanknoopte, was het ijs snel gesmolten en werden we op de thee en ontbijt op haar picknick-kleed uitgenodigd, samen met haar dochter en kleinkinderen die kort voor de ramadan over waren gekomen uit Istanbul. De thee werd primitief gezet op een met houtjes gestookte semaver en dat duurde ons te lang. Daarom spraken we af dat we eerst even gingen wandelen en fotograferen/filmen en daarna aan zouden schuiven. OK, dat was in orde. Na even rondgestruind te hebben, wees Co de lucht in. Daar cirkelden 40-50 pelikanen boven ons, een prachtig gezicht! Ze wilden duidelijk goed vastgelegd worden, want ze bleven ons een half uur gezelschap houden. Voldaan maar uitgedroogd gingen we daarna aan de thee. Aan het (late) ontbijt hebben we ons maar niet gewaagd. We hadden geen zin in maag- en darmklachten en die hadden er naar onze inschatting mogelijk wel ingezeten. Turken zijn doorgaans erg nieuwsgierig en dit gezelschap was duidelijk geen uitzondering op deze bijna-regel. Ze wilden weten waar we vandaan kwamen, (uiteraard) of we kinderen hadden en kleinkinderen (en waarom niet), en wat we in vredesnaam in dit gat te zoeken hadden. Ik vertelde dat Bernard een verdienstelijk natuurfotograaf is en dat zijn vlindersite erg de moeite waard is. De vreemd schaars geklede kleindochter (?) met tattoo uit Istanbul vroeg of ze die kon bekijken. Ja natuurlijk. Ik verwachtte een stukje papier en een pen om het internetadres te noteren, maar nee. Deze jonge dame gaf haar jongere zus opdracht in de oude beschilderde houten aanhangwagen haar laptop met mobiel internet op te halen. Dat had ik niet zo 1-2-3 verwacht, maar uiteraard heb ik haar met veel genoegen een korte rondleiding gegeven op http://fransenb.home.xs4all.nl/EuropeanButterflies/ en www.kaptanjune.net Grappig in een primitief gehucht in the middle of nowhere. De verdere tocht was vermoeiend en helaas weinig interessant. Co stelde voor nog even de tanden op elkaar te bijten en naar Pamukkale door te rijden. Hij had het een beetje gehad en wilde na een vroeg bezoek aan Pamukkale de volgende dag doorrijden naar Dalyan.
Pamukkale bleek behoorlijk veranderd -lees: gecommercialiseerd- na ons vorige bezoek in 2000 (?). Nu het de status heeft van Wereld Erfgoed zijn er nieuwe "travertin" baden gecreeerd om baders tegemoet te komen en de originele terrasbaden te ontzien. Gelukkig ontdekten we nog een paar mooie plekjes ver voor en voorbij de grote meute. De "kermis" met alle travertinbaders hebben we maar proberen te mijden, maar we hebben nog wel een verfrissend drankje genuttigd bij het oude Romeinse bad met de nonchalant rondslingerende zuilen, waar schone jonge dames in bikini door een plaatselijke fotograaf "YES PLEASE" in fraaie poses vastgelegd werden. Na een rondje Pamukkale vonden we het welletjes. Voor een bezoek aan de klassieke stad Hierapolis was het inmiddels veel te heet geworden. We kwamen tegen het einde van de middag weer in Dalyan aan.
Zondag hebben we het rustig aan gedaan. We waren alle vier wat moe en lui van de reis en Dalyan bleek erg heet, zelfs vergeleken met de witte rotsen van Pamukkale. Maandag hebben we geprobeerd te wandelen bij Okcular, maar we zijn omgedraaid voordat we Kocadere bereikten. Gekkenwerk, veel te heet! Maandagmiddag, dinsdag en woensdag hebben we meer binnen dan buiten gezeten en veelal met een enthousiast draaiende airco.
Gisteren zijn Bernard en Co nog wel naar Kavakarasi gegaan, hoewel Ria en ik ze al op voorhand voor gek verklaarden. Om 11 uur was het al zo'n 32 graden en toen moesten ze nog gaan ... Goed, ze hebben het overleefd, hoewel Bernard opbiechtte dat zowel zijn poloshirt als zijn afristbroek kletskliedernat waren van het zweet en de straaltjes over zijn brilleglazen heen liepen. Rare kostgangers heeft onze Lieve Heer! Terwijl Co en Bernard zich niet leerden kennen, deed ik boodschapjes en bereidde ik meze en las Ria relaxed wat hoofdstukjes uit Yabanci van Ellis Flipse. Verantwoorde heet-weer lectuur.
Gisteravond hebben we Berard en Ria na 5 weken samen opgetrokken te hebben op Dalaman uitgezwaaid. Het einde van een gezellige en interessante trip door Turkije met veel verrassende voorvallen. Heel erg de moeite waard. Bernard en Ria, nogmaals hartelijk bedankt!
De foto's volgen nog, want het is inmiddels bijna 12 uur ....
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley